Speech Bart Nieuwenhuijs

Speech Bart Nieuwenhuijs ter gelegenheid van de boekpresentatie Nabelichting, Bart van Leeuwen.
Studio Angel, Amsterdam, 27 april 2012

Irah, Django, Bart,

Vriend en collega-fotograaf Bart Nieuwenhuijs

Exact een maand geleden aan de keukentafel in Bussum. Koffie, koekjes en de proefdruk van je boek. Even bijkletsen over het project waar we mee bezig zijn en over je boek dat eerdaags zal verschijnen.

Je vraagt wat we mooier vinden: een glimmende of matte cover. Je moet nog correcties uitvoeren en we hebben het even over het programma bij de presentatie van je boek. Je hebt geprobeerd of er iemand nog wat wilde zeggen, maar niemand durft of wil wat zeggen. Emoties hè, je kent het wel. Ik zou echt niemand meer weten, echt niet! We noemen nog wat namen, maar die worden allemaal afgeschoten.

Stilte, ik zie hem denken en dan: Hé Bart, by the way, zou jij niet iets willen zeggen? You are my man! Wij hebben nogal wat gemeen en jij kent het wereldje, we hebben dezelfde voornaam, allebei fotograaf, onze carrières liepen parallel, hadden vaak dezelfde opdrachtgevers, zijn even oud en – niet onbelangrijk – we zijn ook nog wel eens flink doorgezakt in een bokscafé in Miami. Weet jij nog hoeveel Budweizers we op hadden? De volgende ochtend natuurlijk weer heel vroeg op, want dan is het licht op z’n mooist. Discipline, gedrevenheid, ambitie, passie, we gingen ervoor, we hebben het mooiste vak wat er is, dat schept een band. Ik zou het erg waarderen als jij wat wilt zeggen. Ik wil van te voren niks lezen hoor, het zou te gek zijn. Irah zit ook ja te knikken.

Django, Bart en Irah

Oké, oké, mag ik daar nog een nachtje over slapen, zei ik diplomatiek, maar twee minuten later zei ik volmondig ja, ik doe het. Je had me weleens een hoofdstuk gemaild, maar ik wil nu toch echt alles lezen, bentoch wel erg nieuwsgierig naar wat je allemaal te vertellen hebt. Mail me straks maar even een PDF-je.

’s Avonds begon ik op de iPad te lezen en werd volledig gegrepen door je verhalen, kon niet meer ophouden en las de hele nacht door. Het was allemaal zo herkenbaar, soms kostelijk humoristisch, dan weer aangrijpend, adembenemend zelfs. Wat een heerlijk autobiografisch boek. Jezus, die van Leeuwen kan niet alleen heel goed fotograferen, hij kan ook nog verdomd goed schrijven.

Het wereldje, zijn wereld, mijn wereld, onze wereld. De liefde voor de fotografie komt voortdurend langs. Soms als één groot feest, soms met onderkoelde humor en dan weer meedogenloos kritisch. Boordevol charisma, zo ben je nou eenmaal, gelukkig maar.

Ik herken bij het lezen veel gedetailleerd beschreven gebeurtenissen en anekdotes, kort en bondig in een pakkende stijl neer gezet. Zonder vorm geen inhoud. En zonder stijl geen verhaal. Flitsen uit het verleden schieten voorbij. Wat een fascinerend boek. Volgens mij het eerste boek van een fotograaf waar geen enkele foto in staat, absoluut geen fotoboek dus. Dat fotoboek moet er natuurlijk ook komen, want je foto’s (of het nu reclame-, mode-, portret- of locatiefoto’s zijn) vertellen ook altijd boeiende visuele verhalen. We zijn hier druk mee bezig.

Je kracht ligt vooral in de filmische benadering van de fotografie. Je ontwikkelde een eigen stijl met een grote artistieke vrijheid. Kunstmatig realisme noemde je het, met als motto: “Fotografie is het middel bij uitstek om belang te geven aan schijnbaar onbeduidende zaken”.

Je behoort tot één van de iconen van de Nederlandse fotografie. In je boek Nabelichting (ik vraag me trouwens af of dat woord eigenlijk wel bestaat) toon je dat je naast een begenadigd fotograaf – nu min of meer noodgedwongen – ook een uitstekend schrijver bent.

Nabelichting is geen triest verhaal, het is realistisch en oprecht, het is jouw levensverhaal. Soms zeggen beelden meer dan woorden, dan weer zeggen woorden meer dan beelden. Fotografie is de vreugde van het zien, fotografie is als een taal. Schrijven en taal geven uitdrukking aan gevoelens. Je neemt ons opgewekt en daadkrachtig mee naar de top van de berg, maar laat ons ook realistisch, vol emotie en afgrijzen, flink naar beneden donderen.

Het is geweest, je hebt het meegemaakt. Je mist het allemaal niet. Je kan nu gelukkig worden van kleine dingen. De jonge vogels die uitvliegen, de bloeiende magnolia, de wilde bramen en frambozen. Voelen wie er van je houdt. C’est la vie. Het maakt niet uit of iets echt is of niet, de werkelijkheid bestaat niet. De woestijn is niet blauw en cactussen zijn niet rood. “Licht en donker dat is waar het om gaat”.

Een bijzonder indrukwekkend boek.
Bedankt, Bart.

Bekijk hier alle foto’s van de presentatie

Voorwoord Gebroken bloed

In dit boek vertelt Lisa het aangrijpende verhaal van de zware strijd die ze moet leveren in de periode na de diagnose. Hoewel de artsen alles voor haar uit de kast moeten halen om de eerste kritieke weken op de Intensive Care te overleven, gaat het uiteindelijk langzaam beter met haar. Tijdens de chemokuren en revalidatie ervaart Lisa momenten van geluk omdat ze nog leeft, maar ook hoe moeilijk het is om zich weer aan te passen aan het normale, kankervrije leven.

Acute promyelocyten leukemie (APL) is een zeldzame maar levensbedreigende vorm van bloedkanker. Deze ziekte wordt elk jaar bij ongeveer 30 a 40 mensen in Nederland vastgesteld. In de loop van enkele dagen tot weken ontwikkelen zij grote bloeduitstortingen over het hele lichaam, die spontaan ontstaan. Dit komt doordat de kankercellen de normale bloedstolling volledig ontregelen, waardoor zelfs kleine bloedingen niet meer stoppen. Als de ziekte niet op tijd herkend wordt, zullen deze bloedingen altijd tot de dood leiden.

De oorzaak is niet bekend, maar wel staat vast dat in het beenmerg (waar het bloed geproduceerd wordt) een genetische verandering ontstaat waardoor de voorlopercellen niet meer tot normale witte bloedcellen uitrijpen. Deze verandering heet translocatie (15;17) en hierna worden de voorlopercellen kankercellen.

Tot in de jaren 90 was er geen goede behandeling voor APL voorhanden, maar hierna bleek dat vitamine A zuur (ATRA) de kankercellen wel kan laten uitrijpen. En uitgerijpte kankercellen zijn gevoelig voor chemotherapie. Daarom is het nu wel mogelijk geworden om patiënten met APL te genezen. De hele behandeling duurt ongeveer twee jaar, waarbij een patiënt meerdere malen in het ziekenhuis opgenomen moet worden. Bijwerkingen van de chemotherapie zijn haaruitval, misselijkheid, gevoeligheid voor infecties en gewichtsverlies. Ook ATRA is niet ongevaarlijk, patiënten kunnen plotseling vocht in de longen gaan vasthouden, waardoor ze geen lucht meer krijgen. Dit staat bekend als het ATRA-syndroom.

Als de ziekte ondanks de behandeling terug komt, kan een patiënt met arseen(-trioxide) behandeld worden. Dit is normaal een geur- en smaakloos gif, waar onder andere Napoleon mee vergiftigd zou zijn. De werking van arseen lijkt erg op die van ATRA. Als ook arseen niet werkt, komt iemand met APL in aanmerking voor het laatste redmiddel: een stamceltransplantatie met een stamceldonor.

Gelukkig heeft onderzoek patiënten met APL een grote stap voorwaarts gebracht: van onbehandelbaar tot genezing van de overgrote meerderheid van patiënten.

Matthijs Eefting,
Internist – Hematoloog

Uit de bundel: Waarom heb je het paard alleen gelaten?

De eeuwige cactussen

– Waar breng je me naartoe, vader?
– Waar de wind waait, jongen…

Zij verlieten de vlakte waar
de soldaten van Bonaparte een heuvel hadden opgeworpen om
de schaduwen op de muur van Akka in het oog te houden
Een vader zegt tegen zijn zoon, wees niet bang
voor fluitende kogels, blijf plat liggen
om te overleven. Wij zullen overleven, een berg
in het Noorden beklimmen en omkeren als
de soldaten naar hun families ver weg teruggaan

– Wie gaat na ons in het huis wonen,
vader
– Het zal zo blijven als het was
zoon

Hij betastte zijn sleutel
zoals hij zijn lichaamsdelen betastte, werd rustig en zei
toen zij over een doornhaag klommen
Onthoud, mijn jongen! Hier kruisigden de Engelsen
jouw vader twee nachten aan een cactus
en hij bekende niet. Jij zult opgroeien
mijn zoon en wie de geweren erven
over bloedig ijzer vertellen

– Waarom heb je het paard alleen gelaten
– Als gezelschap voor het huis
want huizen sterven als de bewoners er niet zijn

De eeuwigheid opent haar poorten uit de verte
voor wie ‘s nachts komen, prairiewolven huilen
tegen een bange maan. Een vader
zegt tegen zijn zoon: Wees zo sterk als je grootvader
Beklim met mij de laatste heuvel steeneiken
Onthoud mijn zoon: Hier viel Ankashari
van zijn oorlogsmuildier, hou vol
om met mij terug te gaan

– Wanneer, vader
– Morgen, misschien overmorgen, zoon

Een roekeloze morgen kauwde wind
achter hen in lange winternachten
en de soldaten van Joshoea ben Noen bouwden
een burcht met de stenen van hun huis terwijl zij
hijgend naar Kana liepen: Hier
kwam Onze Heer voorbij. Hier
veranderde hij water in wijn en sprak lang
over liefde. Jongen, denk aan
morgen, denk aan de kruisridderburchten
waaraan het voorjaarsgras knaagde nadat
de soldaten waren weggegaan

Mahmoud Darwish

Uit het boek: Tot vlak voor de sprong fragmenten


‘Le Chiens’ van Alpha Blondy uit het laatste deel van het boek ‘Tot vlak voor de sprong’.


On Land van Brian Eno, de muziek waar het eerste deel van het dagboek mee begint.

Boekfragmenten:

UIT HET EERSTE DEEL: DRUGS
Maandag 9 januari 1984

00.05 uur
Vanavond cocaïne gesnoven met 4 Nigeria supersticks, draai nu socamuziek, hierna komt het beste op Afrikaans popgebied. Ik voel me lekker high, maar toch moet ik steeds denken aan het feit dat ik morgen weer moet werken. Het is een hele omschakeling, weer vroeg naar bed en vroeg eruit; het beviel me best zo tot een uur of vier lezen en lekker tot twee uur uitslapen. Daarbij komt dat ik verslaafd ben aan heroïne en dat op mijn werk verborgen moet zien te houden. Je krijgt er erg kleine pupillen van, dus dat valt wel op. Ik zal proberen zo weinig mogelijk te nemen.

In mijn vorige huis (acht bewoners) kwamen veel junkies, want de dealer woonde boven me. Zo ben ik dus echt verslaafd geworden, die had van alles. Dealer T. was een tijdje een ‘goede’ vriend van me, totdat bij hem de zaken verkeerd gingen. Hij werd te zwaar verslaafd. Toen hij mijn reggae-elpees begon te stelen, kon ik er moeilijk iets aan doen (politie? kennissen?), omdat ik niet bekend wilde laten worden dat ik zelf ook gebruikte. T. wist waar ik werkte. In mei ’83 verhuisde ik en verdween mijn kleurentelevisie. T., die ik altijd te eten had gegeven en die ik vaak naar Rotterdam reed om shit te halen, en niet zo weinig ook, had hem via mijn raam gestolen. Later hoorde ik dat hij hem voor 65 gulden had verkocht, genoeg voor een kwart gram en twee shotjes.
‘I put a spell on you…’

Chinees ontzettend veel vanavond. Redeneer: wat nu op is, kan ik het weekend niet meer nemen. Wil een heel klein beetje shit bewaren voor maandagochtend als ik net een heel klein duwtje nodig heb om even niet ziek naar m’n werk te hoeven lopen. Als ik daar namelijk eenmaal ben, ben ik zo met mijn werk bezig dat ik niet zo na loop te denken. Ik voorspel nu al dat ik maandagochtend zeer moe zal zijn. Als het echt kieleboord is, meld ik me maandag een dag ziek, hoewel ik dat liever niet doe.

UIT HET TWEEDE DEEL: SCHIZOFRENIE

Ergens in 1991…
Wat is in de psychiatrie nou eigenlijk precies schizofrenie? Komen deze verschijnselen alleen uit je hersenen of zijn er ook verklaringen die uitgaan van een buitenzintuiglijke verklaring of een bovennatuurlijke? Grote woorden, maar alleen de patiënt weet wat hem is overkomen. Als iemand ‘stemmen hoort’ komen deze dan uit zijn eigen hoofd of kunnen ze ook beïnvloed worden van buiten af?

Wat is bijvoorbeeld het verschijnsel helderhorendheid? Is het een vorm van schizofrenie, of is het de capaciteit om dingen te horen die de gemiddelde mens niet hoort? Hebben sommige mensen een soort antenne in hun hoofd waarmee ze stemmen kunnen oppikken, misschien uit een andere dimensie? Dat deze stemmen verdwijnen bij gebruik van de juiste medicijnen wil niet zeggen dat ze er niet meer zijn. De medicijnen blokkeren alleen de capaciteit om ze nog langer op te vangen.

Natuurlijk speelt de eigen innerlijke rust die optreedt als men iets onverklaarbaars meemaakt een rol. Men gaat ook zelf ‘stemmen maken’, een soort vervorming van klanken en geluiden die men opvangt. Maar soms blijken de woorden zo duidelijk van buitenaf te komen dat er geen verklaring voor te vinden is. Deze verschijnselen heb ik zelf ook meegemaakt en nog steeds zoek ik naar een verklaring. Was het God of de Duivel die tegen me sprak? Of waren het stemmen van medeburgers die ik via telepathische weg kon opvangen? Meestal sloegen de berichten op iets wat ik zojuist had meegemaakt of had gedacht. Ik zag het toen zeker als een onverklaarbare zaak waar je helemaal in opgaat. Zelfs waren er stemmen in mijn slaap/dromen die gewoon doorgingen als ik wakker werd. Ik dacht op een gegeven moment dat mensen mijn huis waren binnengedrongen, maar dat was niet het geval. Je wordt er echter wel wantrouwend door en durft op een gegeven moment nauwelijks meer te denken of je tegen iemand moet praten.

Heel sterk had ik in die tijd de indruk dat de rest van de mensheid tegen me samenspande en iets wist dat ik niet wist. Op een gegeven moment dacht ik dat er een soort strijd gaande was tussen hemel en hel en dat men mijn hoofd gebruikte om de strijd uit te vechten. Omdat ik al eerder tijdens mijn psychose de indruk had gekregen God zelf te zijn (op een ochtend heb ik de hele schepping in razend tempo overgedaan), meende ik, beïnvloed door een stortvloed aan stemmen, dat mijn komst in die andere dimensie hoogst noodzakelijk was geworden.

Ik dacht zelfs dat de Duivel God had verslagen en dat nu de goede mensen in de hel voor eeuwig zouden branden. Dit was zo’n angstaanjagende gedachte en ik voelde dat ik volledig gefaald had, door niet eerder naar die onverklaarbare stemmen te luisteren, en wilde zelfmoord plegen. Hier op aarde meende ik toch geen taak meer te hebben.